“Het was hard werken, maar zo dankbaar”

We gaan terug in de tijd naar het jaar 1950. Frida Stegeman kwam binnen bij Oudezijds100 als maatschappelijk werkster, maar haar werk veranderde snel toen de eerste Marokkaanse gastarbeiders naar Nederland kwamen. 

 

Vanaf het eerste moment dat mevrouw Stegeman en fr. Rolf Boiten in contact kwamen was er gelijk een klik. Beide hadden ze het gevoel dat er een mooie samenwerking kon ontstaan en dit bleek waar te zijn. Frida Stegeman had geen idee wat ze bij Oudezijds100 wilde doen. In ieder geval wist Stegeman wat ze absoluut niet wilde. Namelijk niet in de bejaardenzorg en niet met kleine kinderen. “Ik houd niet van dat gefriemel. Ik heb daar geen geduld voor, terwijl ik zelf wel kinderen heb.”

‘Maar welke kant ga je dan wel op?’ vroeg Frida zich af.

Toen kwam meneer Boiten met een voorstel. “Mijn vrouw en ik hebben ons voorgenomen om de eerste Marokkaanse gastarbeiders op te vangen”, zei hij tegen Frida.

Mannen uit Marokko kwamen naar Nederland en gingen op zoek naar werk. Vrouwen en kinderen bleven in Marokko tot dat de man werk had gevonden, maar dit ging niet zo gemakkelijk. Frida vertelt verder: “Er was niets geregeld voor die mensen. Geen school, geen huis, helemaal niets. Toen meneer Boiten vroeg of ik wilde helpen met het opvangen van deze mannen, zei ik meteen ja.”

 

Een voorliefde voor Marokko

Frida Stegeman had altijd al een voorliefde voor Marokko. Haar vader ging vroeger vaak op zakenreis en moest toen ook naar Marokko. Frida vond het interessant, maar ze had geen idee wat ze zich kon voorstellen. Het was in die tijd namelijk erg ongebruikelijk om naar het verre en onbekende land te gaan. Frida had dan ook grote fantasieën over woestijnen en vliegende tapijten. Ondanks dat de werkelijkheid anders is, is Marokko nooit uit haar hoofd gegaan. “Het feit dat mijn vader daar is geweest is toch wel bij mij binnen gekomen, het heeft toen een zaadje geplant en is de rode draad in mijn leven geworden.” Werken met de gastarbeiders was voor Frida een manier om meer te verbinden met de Marokkaanse cultuur.

Wekelijks kwamen de mannen en Frida bij elkaar in de bibliotheek van Oudezijds100. Frida leerde veel over de Islam en de mannen over de Nederlandse cultuur. Iedereen moest aan elkaar wennen en Frida zocht naar een manier hoe ze het beste kon communiceren. “Mijn haar was toen al spierwit, daardoor nam iedereen mij erg serieus,” grapte Frida. De mannen waren erg gemotiveerd om een baan te vinden in Nederland zodat ze snel hun vrouw en kinderen naar Nederland konden krijgen.

Uiteindelijk kwamen veel gezinnen naar Nederland. Stegeman en Boiten zagen dat de kinderen niet naar school konden en op straat begonnen te zwerven. Dit kon zo niet door gaan en er ontstond het plan om een school te starten, speciaal voor de Arabische kinderen. Samen met meneer Boiten ging Frida naar Den Haag, naar de Minister van onderwijs, om de mogelijkheden en het belang voor de kinderen duidelijk te maken. “Het verbaasd me nog steeds, maar we kregen subsidie en we konden beginnen met de start van de school.”

 

“De bewoners keken gek op toen ze opeens mensen van verschillende culturen door hun straat zagen lopen.”

 

Al snel groeide het aantal leerlingen en moesten ze op zoek naar een groter gebouw. Het oud Joodse schoolgebouw in Amsterdam-Zuid stond leeg en veranderde naar de eerste Islamitische school van Amsterdam. Dit gebeurde echter niet zonder enige spanning in de buurt. “De bewoners keken gek op toen ze opeens mensen van verschillende culturen door hun straat zagen lopen. Afijn, iedereen moest aan elkaar wennen,” zegt Frida.

 

de Bouschrãschool

Een bijzondere school met alleen maar kinderen van Marokkaanse gastarbeiders. De leerlingen kregen er naast het Nederlandse onderwijs elke dag een uur Arabisch ter voorbereiding op hun terugkeer naar Marokko. Maar de gezinnen bleven en de kinderen groeide op in Amsterdam. Frida was nauw betrokken bij de school en ging ook met een aantal leerlingen naar de boerderij van Oudezijds100 in Friesland. “Het was een geweldige plek voor de kinderen. Er is veel ruimte en rust wat soms lastig is om in de drukke stad te vinden.”

“Niet zo lang geleden werd ik gebeld door een meneer die vroeg ‘mevrouw Stegeman bent u die mevrouw van de Bouschrãschool die naar Friesland ging met de leerlingen?’ Ja, zeg ik waarna hij verder ging. ‘Wat ben ik blij u te spreken. Mijn broer en ik zijn al jaren bezig om uw adres te vinden om te horen hoe het met u gaat’.” Frida nodigde de man met zijn zeven broers uit bij haar thuis. “Is dat niet geweldig! Dertig jaar later zitten de zeven oud-leerlingen en hun vader bij mij thuis, precies hier aan deze tafel. We hadden het over Friesland en het werk wat ze nu doen. Toen zei een van de mannen: ‘Weet u waarom we zijn gekomen? Om u te bedanken mevrouw Stegeman. Als ik aan u denk, word ik helemaal warm’. Ik gaf hem een zoen!”

Dat is het mooiste cadeau wat ik ooit hebt gehad. Ik heb mijn hele hebben en houden in dit werk gestopt. Het was hard werken maar zo dankbaar.

 

Mensen uit alle hoeken van de samenleving vormen samen Communitaire Gemeenschap Oudezijds 100. In de binnenstad van Amsterdam proberen wij in leven en werken het evangelie van Jezus Christus present te stellen. Oudezijds 100 biedt concreet hulp door inloop, maatschappelijke opvang, begeleid wonen, medisch maatschappelijk werk en medische zorg voor onverzekerden. De woongemeenschap functioneert hierin als groot gezin en oefenschool, die de hulpverlening ondersteunt.

Oudezijds 100
T 020 – 626 66 34
E info@oudezijds100.nl

Maria ter Claesze
T 0516 – 57 72 92
F 0516 – 57 74 99

Meer contactgegevens

Copyright Oudezijds100 © 2020

Website door: Webheld.nl